De arbeidsmarktplannen van het nieuwe kabinet? Goed, of niet?
Een aantal plannen van het nieuwe kabinet lekten al uit. Enkele daarvan hebben betrekking op de arbeidsmarkt. Welke maatregelen zijn goed en welke niet? De plannen –voor zover nu bekend- op een rijtje:
Loondoorbetaling bij ziekte naar 1 jaar voor kleine bedrijven
Het nieuwe kabinet wil de doorbetaling bij ziekte voor kleinere bedrijven nu beperken tot één jaar. Het tweede jaar moeten ze collectief betalen: alle kleine werkgevers moeten hier aan bijdragen. Als grens wordt voorlopig het aantal van twintig werknemers genoemd.
Zoals eerder betoogd (https://bitly.com/#) is het beperken van de loondoorbetaling bij ziekte een belangrijk instrument om meer vaste banen te creëren en meer werkgelegenheid in het algemeen. Prima maatregel dus ! De grens van 20 medewerkers zou best hoger mogen overigens, naar minimaal 100. Dát heeft dan echt effect en niet vooral symbolische waarde.
(meer) Werken gaat lonen
Het gaat lonen als mensen meer uren gaan werken of promotie maken. Meer werken gaat significant meer opleveren. Eindelijk! Beste maatregel ooit, mits goed uitgevoerd.
Ontslag wordt makkelijker
Dit werd ook beoogd met de Wet Werk en Zekerheid (de flop van Ascher), maar het tegendeel bleek waar. Versoepeling van ontslag zal zeker meer mensen aan het werk helpen. De ontslagvergoeding daarentegen wordt wel verhoogd. Dit werkt dan weer remmend op de werkgelegenheid.
Transitievergoeding
De transitievergoeding gaat al direct in, in plaats van na 2 jaar. De transitievergoeding wordt in principe lager, maar er kan een extra vergoeding worden toegekend als het contract wordt ontbonden op grond van gecombineerde ontslaggronden. Bij ontslag na 2 jaar (doorbetaling bij) ziekte wordt de transitievergoeding gecompenseerd voor de werkgever en de kosten voor scholing die een werkgever heeft gemaakt kunnen in mindering worden gebracht op de transitievergoeding, ook als dit een interne opleiding is geweest. Plussen en minnen dus.
Vaste baan na 3 jaar in plaats van 2
Ook dit onderdeel van de WWZ wordt teruggedraaid. Werkgevers hoeven een werknemer pas na drie jaar vast in dienst te nemen. Voor sommige organisaties en branches prima, over het algemeen zal dit weinig effect hebben in deze krappe arbeidsmarkt.
Langere proeftijd mogelijk
Bij contracten voor onbepaalde tijd, mag een proeftijd van maximaal vijf maanden gegeven worden en bij contracten langer dan twee jaar mag een proeftijd van drie maanden ingesteld worden. Hierdoor zullen werkgevers sneller overgaan tot een vaste arbeidsovereenkomst. Een tijdelijke overeenkomst van 7 maanden biedt dan weinig voordelen meer, zeker als er voor langere tijd werk is.
Vaderschapsverlof
Vaders krijgen vanaf 2019 een week vrij na de geboorte van hun kind en vanaf 2020 nog eens vijf weken tegen een lager salaris (uitkering via UWV van 70 procent van het loon). Fijn voor jonge vaders, heeft geen effect op de arbeidsmarkt.
Wet DBA (ZZP’ers) wordt vervangen
De zeer omstreden Wet DBA wordt vervangen door een ‘opdrachtgeversverklaring’. Het doel van de Wet DBA was prima, de uitvoering en communicatie dramatisch. Even afwachten hoe de reactie op deze nieuwe maatregel is. In de kern een prima wijziging.
Minimum-uurtarief voor ZZP’ers
Uitstekend idee. Op deze wijze wordt voorkomen dat er ZZP’ers zijn –met name bouwvakkers uit Oostbloklanden- die zich overal aan onttrekken en tegen dumpprijzen de échte ZZP’ers uit de markt drukken door onder kostprijzen te werken.
Conclusie
Bovenstaande zijn uitgelekte plannen en ook nog niet door de verschillende fracties besproken en akkoord bevonden. Het is dus even afwachten wat er uiteindelijk overblijft van de plannen.
Niettemin is het zeer positief dat het nieuwe kabinet nu serieus werk wil gaan maken, de arbeidsmarkt wil stimuleren en (meer) werken gaat belonen!